1 Koningen 22:15

SVAls hij tot den koning gekomen was, zo zeide de koning tot hem: Micha, zullen wij naar Ramoth in Gilead ten strijde trekken, of zullen wij [het] nalaten? En hij zeide tot hem: Trek op, en gij zult voorspoedig zijn, want de HEERE zal ze in de hand des konings geven.
WLCוַיָּבֹוא֮ אֶל־הַמֶּלֶךְ֒ וַיֹּ֨אמֶר הַמֶּ֜לֶךְ אֵלָ֗יו מִיכָ֙יְהוּ֙ הֲנֵלֵ֞ךְ אֶל־רָמֹ֥ת גִּלְעָ֛ד לַמִּלְחָמָ֖ה אִם־נֶחְדָּ֑ל וַיֹּ֤אמֶר אֵלָיו֙ עֲלֵ֣ה וְהַצְלַ֔ח וְנָתַ֥ן יְהוָ֖ה בְּיַ֥ד הַמֶּֽלֶךְ׃
Trans.wayyāḇwō’ ’el-hammeleḵə wayyō’mer hammeleḵə ’ēlāyw mîḵāyəhû hănēlēḵə ’el-rāmōṯ gilə‘āḏ lammiləḥāmâ ’im-neḥədāl wayyō’mer ’ēlāyw ‘ălēh wəhaṣəlaḥ wənāṯan JHWH bəyaḏ hammeleḵə:

Algemeen

Zie ook: Gilead, Hand (lichaamsdeel), Micha (profeet 2)

Aantekeningen

Als hij tot den koning gekomen was, zo zeide de koning tot hem: Micha, zullen wij naar Ramoth in Gilead ten strijde trekken, of zullen wij [het] nalaten? En hij zeide tot hem: Trek op, en gij zult voorspoedig zijn, want de HEERE zal ze in de hand des konings geven.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יָּבוֹא֮

gekomen was

אֶל־

Als hij tot

הַ

-

מֶּלֶךְ֒

den koning

וַ

-

יֹּ֨אמֶר

zo zeide

הַ

-

מֶּ֜לֶךְ

de koning

אֵלָ֗יו

tot

מִיכָ֙יְהוּ֙

Micha

הֲ

-

נֵלֵ֞ךְ

-

אֶל־

zullen wij naar

רָמֹ֥ת

Ramoth

גִּלְעָ֛ד

in Gilead

לַ

-

מִּלְחָמָ֖ה

ten strijde

אִם־

of

נֶחְדָּ֑ל

zullen wij nalaten

וַ

-

יֹּ֤אמֶר

En hij zeide

אֵלָיו֙

tot

עֲלֵ֣ה

op

וְ

-

הַצְלַ֔ח

en gij zult voorspoedig zijn

וְ

-

נָתַ֥ן

geven

יְהוָ֖ה

want de HEERE

בְּ

-

יַ֥ד

zal ze in de hand

הַ

-

מֶּֽלֶךְ

des konings


Als hij tot den koning gekomen was, zo zeide de koning tot hem: Micha, zullen wij naar Ramoth in Gilead ten strijde trekken, of zullen wij [het] nalaten? En hij zeide tot hem: Trek op, en gij zult voorspoedig zijn, want de HEERE zal ze in de hand des konings geven.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!